
‘Is het eerlijk als de jonge generatie de oudere generatie compenseert bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel?’
‘Mag een persoonlijker pensioenstelsel ten koste gaan van de solidariteit?’
In april organiseerde Amsterdam Business School van de Universiteit van Amsterdam het seminar Pensioenakkoord en morele dilemma’s. Samen met Angela van Heerwaarden (programma-directeur Aemas/APC van de UvA), inhoudelijke experts Servaas van Bilsen (UvA), Stephan van Stalborch (DNB), Pieter Heesterbeek (Triple A/UvA) en mijn collega Rob van Meurs hebben we een programma gemaakt waarin de deelnemers, aan de hand van een casus, keuzes moesten maken over de implementatie van het pensioenakkoord en de morele dilemma’s waarmee dat gepaard kan gaan.
Op het seminar stonden, naast de nodige inhoudelijke thema’s, onder andere de volgende morele competenties centraal:
- Het signaleren van morele vraagstukken
Emoties zijn een antenne om een moreel vraagstuk te signaleren. ‘Waarom ben ik zo verontwaardigd?’ ‘Waarom voelt het besluit niet rechtvaardig?’ Het onderzoeken van deze emoties brengt je bij de morele vraag.
- Het formuleren van de morele vraag
Een morele vraag is iets anders dan een financiële, technische of een juridische vraag. ‘Welke rekenmethode sluit het beste aan bij de gestelde vraag?’ (technische vraag) ‘Voldoet de gekozen methode aan de wettelijke vereisten?’ (juridische vraag) Een morele vraag richt zich op wat is juist om te doen. In een morele vraag wordt vaak een normatief werkwoord gebruikt, mogen, moeten of behoren. De vragen waarmee ik deze blog begon, zijn voorbeelden van morele vragen.
- Expliciteren van waarden
Bij morele vragen spelen waarden vaak een belangrijke rol. Een voorbeeld: De wet schrijft voor dat de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel evenwichtig moet zijn. Maar wat is evenwichtigheid? Waarden staan vaak niet op zichzelf maar verhouden zich tot elkaar. Een te veel aan solidariteit kan leiden tot een te weinig aan zelfbeschikking of autonomie.
In het seminar bogen de actuarissen zich over verschillende vraagstukken bij de implementatie en de daarbij behorende morele dilemma’s. Op het gebied van ethiek gingen de deelnemers soms met meer vragen naar huis dan antwoorden. De juiste vraag weten te stellen, brengt je dichter bij het antwoord. Ik denk dat we de afgelopen tijd genoeg voorbeelden hebben gezien, denk aan de Toeslagenaffaire, waarin het lijkt alsof de onderliggende morele vragen niet zijn gesteld of niet goed genoeg zijn doorgrond, met alle nare gevolgen van dien.